ingrediënten - info bloemkool olijfolie peper & zout ui knoflook boter eieren

Haal de bereiding van het vuur en maak er stamppot van met de aardappelstamper. Voeg een losgeklopt ei toe en een glas room. Roer om tot een homogene massa. Kruid met een paar eetlepels currypoeder en een schepje kurkuma om de kleur te prononceren. Snijd de zeeduivel op moten. Bestuif met vloeiende bloem en bak rondom bruin in een kleine pan. Kruid met peper en zout. Giet er een visbouillon bij tot halfweg de moten. Dek de pan af. Laat nog een tiental minuutjes staan op laag vuur. Haal er dan de moten uit en hou die warm. Giet culinaire room en een glas witte wijn bij de visbouillon, laat inkoken en breng op het laatst op smaak met dragon. Verfris met een scheutje citroensap. Bind de saus indien gewenst. Op het bord: leg voorzichtig een schijf geroosterde bloemkool op het bord. Daarnaast een moot gebakken zeeduivel overgoten met saus en daarnaast een schep bloemkoolcurry. Werk af met gesnipperde dragon.

room currypoeder kurkuma zeeduivel vloeiende bloem visbouillon witte wijn dragon citroen

Kies voor kleine bloemkolen en snijd ze middendoor. Snijd er nu met de broodmachine heel voorzichtig dikke plakken af. Besproei die met olijfolie, kruid met peper en zout en leg ze op een grillrooster. Zet dat rooster in de oven, voorverwarmd op 200°C. Controleer regelmatig de kleur. Als de bloemkolen goudbruin worden zoals op de foto, dan zijn ze gaar. Dat duurt een 10 tot 15 minuutjes, afhankelijk van de dikte van de schijven. Snijd een ui en een paar knoflookteentjes fijn en stoof ze in de pan in een beetje boter. Stoom de rest van de bloemkool gaar. Doe deze daarna bij de ui met knoflook. Voeg nog een stukje boter toe en kruid met peper en zout.